Op haar driewielfiets komt ze de hoek om gesjeesd in het Terborgse woonzorgcentrum. Aan de muur hangen tientallen zwart-wit foto’s van Kemper. Twee maanden lang is ze gevolgd door fotograaf Keijser voor een fotoreportage. Bij het opstaan, aankleden, therapie en koken, overal was de fotograaf erbij. “Ik ken Charles al langer, toen hij met de vraag kwam of hij mij mocht volgen was ik gelijk enthousiast. Ik vond het wel gezellig, we hadden genoeg te bespreken”, zegt Kemper.
Toen was ze al druk bezig met haar weg uit een diep dal. “In Luxemburg voelde ik wat knappen in mijn hoofd en daarna een tinteling in mijn wang. Is wist gelijk: Dit is foute boel. Ik kom van heel ver nu, daar in het ziekenhuis lag ik er echt bij als een dood vogeltje”, zegt Kemper. Volgens de Terborgse gaat het herstel in het eerste half jaar heel snel, daarna stagneert het. “Maar als je blijft vechten, positief blijft en ervoor blijft gaan is er echt heel veel mogelijk”, zegt ze vastbesloten.
Dat is ook wat ze de bezoekers van de expositie of een van haar lezingen mee wil geven. “Er is altijd nog zicht op verbetering. Ik zou bijvoorbeeld mijn ene hand nooit meer kunnen bewegen volgens een arts. Na intensieve therapie zit daar zelfs verbetering in.” Kemper pakt ondertussen haar telefoon en zoekt een video op. Vol trots laat ze een compilatie zien van hoe haar lopen verbetert is de afgelopen jaren. “Dat is mijn hoofddoel, het lopen nog beter maken. Tijdens de hele revalidatie werk ik met doelen. Hier heb ik er al heel veel van gehaald.”
De expositie met het verhaal van Kemper is nog tot eind december te zien in het Antonia. Op zondag 8 december geeft ze weer een lezing over het onderwerp en is er een rondleiding over de CVA-afdeling en over de revalidatie dagbehandeling en het Advies-en behandelcentrum.