Door: Berthold Blesenkemper
Burgemeesters aan de andere kant van de grens worden niet gekozen, maar benoemd door de koning. In feite leggen de gemeenten vooraf hun gewenste profiel voor aan de provinciale vertegenwoordiger van de kroon. Die maakt vervolgens landelijk reclame voor de functie. Een handvol sollicitanten presenteert zich vervolgens aan een panel van vertegenwoordigers van de gemeente die de functie zoekt - en uiteindelijk krijgt de winnaar de baan.
Ter plaatse en in functie staat de nieuwe burgemeester aan het hoofd van de raad van bestuur. Hij heeft echter maar één stem in deze groep en geen vetorecht. Bovendien is hij, in tegenstelling tot Duitsland, niet het hoofd van de administratie. In Nederland wordt deze taak uitgevoerd door een gemeentesecretaris, vergelijkbaar met de stadsdirecteur van vroeger in Noordrijn-Westfalen.
In de gemeenteraad mag Anton Stapelkamp niet eens deelnemen aan de besluitvorming. Hij wordt alleen geacht de vergadering van het hoogste politieke orgaan zo neutraal mogelijk voor te zitten. De burgemeester heeft echter als enige beslissingsbevoegdheid in politiezaken en op het gebied van de openbare orde. “Maar eigenlijk ook weer niet, want de agenten zijn natuurlijk allemaal in dienst van de staat,” legt Stapelkamp uit. Toch vergemakkelijkt de nauwe samenwerking tussen de autoriteiten, ook op het gebied van gegevens- en kennisuitwisseling, de controlefunctie als het gaat om vergunningen voor winkelopeningen of de toewijzing van grond.
De 63-jarige heeft ook vrijwillig de verantwoordelijkheid op zich genomen voor de gebieden personeel, communicatie, toerisme, cultuur en coördinatie met de Duitse buren in Aalten in nauw overleg met zijn wethouders. Echter, hoofden van afdelingen, ‘Beigeordnete’ worden in Nederland ‘Wethouder’ genoemd. Net als in Bocholt worden ze gekozen door de gemeenteraad en zijn ze verantwoordelijk voor onafhankelijke afdelingen. Anders dan in Duitsland hoeven ze echter geen hoge beroepskwalificaties te hebben, zoals een graad of staatsexamen. Voor de Nederlanders zijn nabijheid bij het publiek, ervaring en leiderschapskwaliteiten belangrijker.
Daarnaast wordt bij de benoeming van de Wethouder gelet op politiek evenwicht. De vier raadsleden in Aalten behoren tot drie verschillende partijen. In Bocholt daarentegen proberen de CDU en de burgemeester hun favoriete kandidaten en dus ook een bepaalde politieke richting in het bestuur door te drukken.
In het algemeen hecht Stapelkamp veel waarde aan goed humeur. “Dat straalt door tot in het bestuur. We zijn een van de weinige gemeenten die geen problemen heeft met het werven van nieuw personeel en niet hoeft te klagen over een tekort aan geschoolde arbeidskrachten,” meldt de burgemeester. Of hij zich ook zou kunnen voorstellen burgemeester te zijn in Duitsland, misschien zelfs in Bocholt. “Nee, nergens is het zo mooi als in Aalten”, antwoordt Anton Stapelkamp als uit een pistool geschoten en krijgt aan het einde van het gesprek opnieuw de lachers op zijn hand.
Zelfs in de gemeenteraad is de rol van de burgemeester van Aalten meer die van een voorzittende coördinator. Antons Stapelkamp heeft zijn eigen manier gevonden om dit te doen. “Ik heb de leden voorgesteld om een gezamenlijk raadsprogramma op te stellen en dat heeft gewerkt”, meldt hij. Daartoe zijn de vertegenwoordigers van de zeven fracties en het bestuur twee dagen lang in totaal 20 uur bij elkaar gekomen om gemeenschappelijke doelen uit te werken. “Zoiets neemt de negatieve energie weg en verbetert de stemming,” zegt de man uit Aalten.