Oud-marktkoopman Benny Wolters geniet inmiddels een aantal jaren van zijn pensioen, maar hij is nog dikwijls bij de kraam van zijn zoon Rob te vinden. In 1966 ging Benny voor het eerst met zijn vader mee naar de markt in Aalten. “Toen gingen we nog naar de markt toe met een luxe wagen, een stationcar”, vertelt Benny. “Daar moest een weegschaal en een zeil in, dat was eigenlijk het voornaamste. We verkochten toen maar zeven artikelen: de hele kip, een stukje soepkip, maagjes, hartjes, levertjes, halsjes en eieren.”
In de jaren die volgden veranderde er veel. “Begin jaren tachtig kwamen we met een echte verkoopwagen naar de markt met een koeling erin”, vertelt Benny. “Dat was een hele verandering, want toen zijn we ook gaan grillen.” Inmiddels zit de familie aan de vierde nieuwe verkoopwagen. “Daar zit een hele keuken, wasgelegenheid en koelingen in”, zegt Benny.
‘Heeft ons klanten gekost’
Het gedrag van zijn trouwe klanten veranderde in die al jaren volgens Wolters niet of nauwelijks. “Onze klanten zijn echt heel trouw aan ons en de markt geweest”, vertelt Benny. “Wel zijn de markten veranderd qua aanbiedingen, want heel veel kramen zijn er niet meer. Dat heeft ons ook zeker klanten gekost.”
Kamer van Koophandel
Uit cijfers van de Kamer van Koophandel blijkt dat het aantal markthandelaren de afgelopen tien jaar met vijftien procent is afgenomen, dat komt neer op tweeduizend handelaren. Vooral marktkramen met producten als textiel, beddengoed, schoenen, horloges en huishoudelijke artikelen verdwenen, de zogenoemde ‘non-food’. Die trend is ook zichtbaar in Aalten. “Dan speelt ook nog eens het aspect mee dat er heel weinig opvolging is”, zegt marktmeester Jan Stienezen. “Op het moment dat er geen opvolging is, dan sterft het uit en verdwijnt er weer een product van de markt.”
Opvolging
Gelukkig heeft Benny wel opvolging gevonden voor zijn poelierskraam en staat zoon Rob inmiddels een aantal jaren in de kraam. “Er is voor mij niets mooiers”, vertelt Rob. “Het contact met de mensen, even een lolletje maken en de mensen lachen altijd hier.” Hij denkt dat er dan ook zeker toekomst is voor de markt: “Ik denk niet dat de markt verdwijnt, maar misschien wel bepaalde sectoren.”
‘Meegaan met de tijd’
Rob vervolgt: “Diegene die zich goed specialiseren en meegaan met de tijd blijven hun boterham op de markt verdienen.” Dat beaamt ook zijn vader. “De markt verandert met de tijden mee”, zegt Benny. “Je zult niet meer de markten van vijftig of zestig kramen zien, maar de markt heeft zeker een toekomst.”
Foto: REGIO8