Het verkeer kan tot op heden bij de grotere grensovergangen goed doorrijden. “En als we worden gecontroleerd, dan controleert de politie eerst op of we ons aan de reistijden”, zegt transporteur Hoitink uit Lichtenvoorde. De transportsector verwachtte dat oponthoud bij de grens door paspoortcontroles, de kosten voor het transport van goederen zouden oplopen en uiteindelijk ook de economie zou raken. Met name de regionale economie in de grensregio zou er last van krijgen. Ook voor grensgangers, inwoners die over de grens werken, zouden de grenscontroles zeer onprettig zijn. De praktijk ziet er echter anders uit.
De Duitse politie controleert de grenszone tot zo’n 30 kilometer van de grens. Deze paspoortcontroles gebeuren steekproefsgewijs. Bij tankstation Hamelandstop bij de grensovergang Aalten-Hemden richting Bocholt, zien medewerkers de Duitse politie niet vaker dan anders bij de grensovergang controleren. Wie geen paspoort bij zich heeft krijgt een boete van 15 tot 30 euro; voor Nederlandse begrippen zijn de boetes laag. “De politie moet toch ergens staan”, zegt de eigenaresse. “Mensen vergeten dat politie er is voor onze veiligheid.”
Eerder reageerde burgermeester Stapelkamp al met ‘de soep wordt niet zo heet gegeten als dat die wordt opgediend’. Met andere woorden: “Duitsland zou voor het herinvoeren van de grenscontroles 50.000 extra agenten moeten hebben en die zijn er niet tenzij je ze ergens anders weghaalt.” Bij de grensovergangen in zijn gemeente waar ook het Nederlands-Duitse tweelingdorp Dinxperlo-Suderwick ligt, merken inwoners ook hier niets van de grenscontroles en verloopt alles net zoals voor de invoering ervan. Bij De grote grensovergangen bij Twente is het anders. Daar gebeurde door filevorming tot drie keer toe een verkeersongeluk bij De Lutte waarvan twee met dodelijke afloop.