“De DRU was voor ons slechts een fabriek waar we aandelen in hadden, en die leverden ook nog eens niets op. Er werd simpelweg niet over gesproken thuis”, zegt Deurvorst. Haar opa ‘Ulftse’ Frans Deurvorst was de laatste directeur van de vijf generaties Diepenbrock en Reigers die de fabriek kende. In 1927 ging hij met pensioen, tegen zijn zin in volgens Lied. “Hij wilde het liefst dat mijn vader Zeno (naamgever van directeursvilla Zeno, BS.) hem opvolgde. De leiding ging echter over aan Rudolph Sassen.”
De oplettende lezer ziet het al, het is niet alleen een boek over een familiegeschiedenis. Maar ook een geschiedenis die van onschatbare waarde voor Ulft is. Een klein rondje door het dorp is het levend bewijs. Je loop zo van de F.B. Deurvorststraat de Ir. Sassenstraat in. Niet ver daar vandaan vind je de Diepenbrockstraat en Meester Reigersstraat. Veel aanwezige familieleden waren het zich niet eens bewust, voor een aantal nazaten was het tijdens de boekpresentatie afgelopen vrijdag zelfs de eerste keer dat ze voet op het DRU-complex zetten.
Jaren onderzoek
Het boek over de geschiedenis van de Ulftse hut, zoals de ijzergieterijen bekend staan, is niet over één nacht ijs gegaan. “Ik ben 20 jaar bezig geweest met het onderzoek. De ene keer wat intensiever dan de andere keer. In 2004 begon mijn zoektocht in Bocholt, in die archieven is veel over het vroege begin te vinden.” Het Duitse archief bleek een goudmijn, in Nederland had ze net zo veel aan het Gelders archief.
Het onderzoek van Lied begon eigenlijk al eerder, uit nieuwsgierigheid naar de geschiedenis van die gieterij. “In de jaren tachtig woonde ik met mijn moeder. De fotoboeken en films uit die tijd had ze nooit meer bekeken. Ik dwong haar om alles samen te kijken. Ik zag het bijna als een plicht om het verdriet te onderzoeken en te kijken wat ze in Ulft is aangedaan.”
Wigboldus looft Deurvorst
Dat er behoefte is aan het boek van Lied, blijkt wel uit de volgepakte conferentiezaal tijdens de presentatie. De geestelijk vaders van het DRU-industriepark hoe het nu is, John Haverdil en Ton Menke, de huidige directeur bestuurder Gerk van der Wal en de Commissaris van de Koning Daniël Wigboldus zaten allen in de zaal. “Ik ben echt onder de indruk van uw werk en onderzoek. Het is al helemaal een knappe prestatie omdat u hier zelden kwam”, zegt hij nadat hij het eerste exemplaar in ontvangt heeft genomen.
“Het maakt het extra bijzonder dat we nu op de plek staan waar het echt gebeurde. De DRU is echt een voorbeeld van een eigen sociaaleconomische ecosysteem”, aldus Wigboldus. “We kunnen lessen leren van deze geschiedenis die dankzij u nu opgeschreven is.”
Laatste Liedje?
Lied: “Er is maar één reden hoe je zoiets volhoudt, dat is omdat ik het echt heel leuk vind. Het boek had wel twee keer zo dik kunnen zijn, maar het was op een gegeven moment echt kill your darlings.” Volgens Lied heeft het verlies van de fabriek zo’n diepe indruk gemaakt op de familie dat het verhaal nog lang niet af is. “In die complete familiegeschiedenis heeft zich een klein koningsdrama afgespeeld. Dit is dan ook nog niet het einde. All my killed darlings, zijn een tweede leven waard.”