De plannen van Mos en consorten werden met applaus ontvangen op de informatieavond. Plannen die door de gemeente als onmogelijk bestempeld zijn. Op punten als onder andere verkeersdruk, supermarktoppervlak en aantal woonlagen keurt het college het plan af. De gemeente gaat nu ook zelf verder met een onderzoek naar hoe ’s-Heerenberg Oost er in de toekomst uit gaat zien. Zij hopen in het eerste kwartaal van volgend jaar concretere plannen te kunnen presenteren.
Een groot verschil tussen de plannen van de oppositie en de coalitie is de mogelijkheid voor een supermarkt in de wijk. Waar er volgens de oppositie plek is voor de Lidl met een winkelvloeroppervlak van 1400m2, kan dat volgens wethouder Groote zeker niet. De voormalig Albert Heijn die in de Bongerd zat was 900m2. De wens van de coalitie is dat er een supermarkt dan wel buurtsuper van dergelijke grootte terugkomt. Als er al ruimte is voor zo’n winkel in de wijk, dat onderzoekt de gemeente nog.
‘Niet concurreren met centrum’
Het uitganspunt van de gemeente is vooral dat oost niet moet concurreren met het centrum, maar complementair moet zijn. Zij kijken naar ’s-Heerenberg als geheel. Wat de wijk dan precies nodig heeft moet nog blijken. De gemeente is naar eigen zeggen druk in overleg met de grond en pandeigenaren van de Bongerd. Mos geeft aan dit ook te zijn. Hij heeft ook nauw contact met de Lidl, waarvan er overigens ook vertegenwoordiging aanwezig was op de infoavond.
Campagne van Mos?
Rob Mos was al met dit plan bezig in zijn tijd als wethouder. In zijn huidige functie als raadslid zet hij dit voort. Het publiek op de avond wordt opgejut. Dit slaat over op het publiek, “Wij zijn met zijn allen toch veel sterker dan die hele gemeenteraad”, klinkt het vanuit het publiek. Rob Mos sloot de avond dan ook op voor hem passende wijze af: “Voer de druk op de politiek op.” Hij ontkent echter dat dit onderdeel is van een plan om weer wethouder te worden over twee jaar: “Ik kan oprecht zeggen dat ik daar nu niet mee bezig ben, ik maak me gewoon hard voor dit plan.”
Foto: Rob Mos/Plan Architecten