“Dit is tot stand gekomen door kennissen die Oekraïners in huis hebben,” vertelt Welling. “Zij wilden hen graag wat te doen geven en wij hebben veel medewerkers nodig, dus zodoende kwam het contact. Tot nu toe bevalt dat heel goed.” Welling is naast café-eigenaar ook de lokale voorzitter van Koninklijke Horeca Nederland. Hij ziet een groot tekort aan horecapersoneel en wijst als voorbeeld naar zijn keuken: “Waar er eerder op een vacature vier of vijf koks reageerden, reageert er nu geen één.” Volgens VNO-NCW worstelen veel ondernemers met de contractduur. Welling heeft daarbij gekozen voor een korte verbintenis. “Ze zitten hier met de intentie om toch wel weer terug te gaan en dat is heel anders dan andere mensen die we hier aan het werk hebben,” vertelt de café-eigenaar. “We hebben ook mensen uit Syrië hier werken bijvoorbeeld. Zij zitten hier permanent dus dat geeft een heel ander perspectief.”
Volgens de VNO-NCW is er veel belangstelling naar het werken met Oekraïners. Zo was er dinsdagavond een webinar voor bedrijven over het onderwerp, waarbij er veel vragen kwamen vanuit werkgevers. De VNO-NCW ziet de inzet van Oekraïners als een prima deeloplossing. “Voor het personeelstekort is er niet één oplossing, je moet heel veel doen als werkgever", vertelt regiomanager Wilma Elbertsen namens VNO-NCW. "Je moet je dan ook goed realiseren als je deze doelgroep binnenhaalt, dat deze mensen gevlucht zijn en daar nog familie hebben zitten. Ze willen gemiddeld genomen wel heel graag een steentje bijdragen en ze zijn al gewend om lange dagen te maken in Oekraïne. Maar we moeten er wel voor waken dat we zeggen: ‘We hebben een probleem, dus de oplossing zijn Oekraïners.’”
Taalbarrière maakt het lastig
De taalbarrière maakt het werken in de bediening nog lastig, maar de Oekraïense Alina Burtniak, is al tevreden met wat ze doet in onder meer de spoelkeuken: “Ik ben blij dat ik hier kan werken, omdat er veel mensen zijn", zegt de werkneemster van Stadscafe Simons. "Ik vergeet een paar uur hoe de situatie in Oekraïne is. Ik spreek met mensen en dat doet me goed.”
Foto: REGI08